Selecteren kun je leren - Een interview met Laurens en Toon van de selectiecommissie

Selecteren kun je leren

Door Sarah van Ierlant - juni 2022

Leuk, al die mensen die in de Warren gaan wonen, maar hoe komt zo’n groep nu eigenlijk tot stand?

In dit artikel vertellen Toon en Laurens meer over het selectieproces, vanuit hun ervaringen in de selectiecommissie. En ik kan vast verklappen: het was niet makkelijk.

Puzzelen

Ooit was het plan dat het selectieproces van de Warren in grofweg twee rondes klaar zou zijn. Eén ronde aan het begin van het traject, zodra de plattegrond voor het gebouw klaar was, en één ronde wat dichter op de oplevering van het gebouw. Het werden uiteindelijk drie ‘grote rondes’ met daartussenin ontelbare kleinere revisies. 

Ongeveer vier jaar geleden begon het selectieproces met een enorme vragenlijst. Iedereen die tot dan toe betrokken was geweest bij de Warren of die interesse had, kon zich aanmelden. Persoonlijke voorkeuren, woonstijlen, verwachtingen, huisdieren, maar ook: met wie je wilt samenwonen in een woongroep en met wie liever niet. Alles kwam voorbij. 

Er werd een selectiecommissie opgericht die het hele proces organiseerde en met iedereen gesprekken voerde naar aanleiding van de vragenlijst. Daarbij werd vooral gekeken of de verwachtingen van mensen wel overeenkwamen met wat de Warren kan en wil bieden. Na deze gesprekken werd de eerste groep samengesteld (wie komt er wonen) en een indeling gemaakt voor de woongroepen en type woningen. 

Dit was een hele puzzel omdat niet alleen rekening gehouden moest worden met voorkeuren, maar ook met de harde eisen van sociale huur, inkomensgrenzen, etc. Het betekende ook dat sommige mensen niet in de Warren konden gaan wonen en dat we afscheid moesten nemen. 

De volgende ronde volgde ongeveer twee jaar later: levens veranderen en sommige mensen verlieten de Warren of kregen andere woningbehoeften en wilden hun woningtype wijzigen. Er volgde dus weer een nieuwe vragenlijst, over ruilverzoeken en voorkeuren voor woongroepgenoten. De vrije plekken die na alle wijzigingen overbleven kwamen nu open voor de reservelijst. Na een kennismakingsavond en selectie werden nieuwe Warrenaren in de plattegrond verwerkt. Maar ook dit bleek nog niet het einde. 

Hoe dichterbij we komen bij de verhuizing naar de Warren, hoe meer last minute veranderingen er toch nog ontstaan. Zo was er een halfjaar na de nieuwe plattegrond wéér een indelingsronde en ook die plattegrond is nog niet helemaal af. Wordt vervolgd dus…

Dit roept wel de vraag op: wat maakte de selectie zo moeilijk? Ik vroeg het aan Toon en Laurens, beiden lid van de selectiecommissie.

Toon: "Het was echt een sudoku puzzel. Het was niet zozeer de selectie van de groep die moeilijk was, maar vooral de indeling in woongroepen en woontypologieën. Je moet met zoveel dingen rekening houden. En één wissel heeft impact op alle woongroepen, dus als je één iemand verandert, verandert alles. Dat heb ik vooraf onderschat. Je hebt ook te maken met mensen die over de periode van een paar jaar van gedachten veranderen. Elke keer denk je: nu hebben we het gehad. En dan komt er weer een wisselronde."

Laurens vult aan: "Wat ik er heel leuk aan vond was dat het een duidelijk complex probleem was. Een information design probleem. We hadden op een gegeven moment bijvoorbeeld de uitdaging: we hebben ontzettend veel informatie over mensen, maar hoe kun je die informatie praktisch gebruiken? Bij het indelen wil je niet steeds álle informatie van iedere persoon de hele tijd op moeten zoeken. We hebben per persoon dus een samenvatting gemaakt op kaartjes met pictogrammen. Bijvoorbeeld met de namen van de personen met wie diegene het liefste wilde wonen en met wie absoluut niet. Dat was één klein stapje in het hele proces."

Toon: "Joey had zelfs een algoritme gemaakt dat kon berekenen hoeveel mensen in een bepaalde legging woonden met wie ze graag wilden samenwonen. Dan had je dus een soort tevredenheidspercentages bij iedere legging. Het was een hels karwei. Maandenlang hadden we elke twee weken overleg. Drie, vier keer is de selectiecommissie in een hutje op de hei gaan zitten om een legging te maken, met alle informatie uitgeprint en dan gewoon puzzelen. Ook wel interessant om te zien hoeveel leggingen mogelijk zijn."

Wat zouden jullie met de kennis van nu anders doen?

Laurens: "In het begin hebben we héél veel moeite gestoken in de perfecte woongroepen. Dat waren heel 'perfecte' leggingen. Vervolgens vroegen we aan Warrenaren wat ze van hun verdieping vonden en bleek dat ze eigenlijk niet meteen wisten met wie ze precies gingen wonen. We hebben dus overschat hoe belangrijk mensen het vonden om met bepaalde mensen te wonen, op wat duidelijke allergieën na misschien. 

Er zijn bovendien ook nog zoveel factoren waar je geen informatie over hebt. Data verzamelen geeft schijnzekerheid. Als je twee mensen in een kamer zet kun je echt niet voorspellen in hoeverre die een klik gaan hebben. We hebben de match heel serieus genomen, maar het belangrijkste was dat je op een verdedigbare manier een indeling maakt, wetende dat er nog heel veel gaat veranderen. Ik schat in dat van de eerste groep van een paar jaar geleden ongeveer 70% daadwerkelijk in de Warren gaat wonen. Van die groep zijn ook nog veel mensen van woning geruild. 

Uiteindelijk had ik het idee dat mensen in de eerste plaats voor de Warren als geheel gaan, in de tweede plaats voor een bepaalde woning en daarna gaan ze zich pas binden aan een woongroep. Dat zagen we pas recent echt gebeuren. Toen mensen iets met hun woongroep gingen doen. Dat hadden we vooraf niet helemaal zo ingeschat."

Toon: "Verderop in het proces ga je vooral kijken naar wie naar een beter matchend woontype kan doorschuiven, bijvoorbeeld personen met een kind op komst die naar een gezinswoning willen. Je kijkt dan bijvoorbeeld minder naar de match met de woonstijl van een woongroep: druk, rustig, veel samen eten, etc."

Laurens: "Voor de persoonlijke interviews na de eerste aanmelding hadden we een hele methodiek verzonnen met een soort matrix waarin een soort rode vlaggen naar voren konden komen. Daar konden we dan naar vragen bij de interviews. We vonden het belangrijk om mensen te doen inzien dat dit een intensieve manier van samenleven is en na te gaan of je daar wel echt trek in hebt. Als mensen bijvoorbeeld aangaven 40 uur per week te werken en dat ze daarnaast verwachtten 30 uur in de woongemeenschap te steken dan kon dat een aandachtspunt zijn: dat is niet realistisch, dan houd je amper tijd voor slapen en eten over.

Eigenlijk zou je willen dat de selectiecommissie, bestaande uit toekomstige Warrenaren, de keuzes niet zou maken. De selectiecommissie zou alleen het proces moeten bewaken. Nu is selectiecommissie de groep die alles moet weten en checken, ook wat iedereens voorkeur is qua mensen om mee samen te wonen. Gelukkig kunnen de woongroepen het straks zelf doen, dat is beter. Het blijft een imperfect proces waar veel subjectiviteit in zit. Dat vond ik het moeilijkste eraan. Maar ik vond het ook boeiend en uitdagend om te doen. In m’n eentje was ik er denk ik compleet aan onderdoor gegaan, ware het niet dat ik hele leuke teamleden had."

Toon: "Het was een hels karwei!"

Joey Hodde